Arbeidsongeschiktheidsverzekering (AOV)
Je bent arbeidsongeschiktheid wanneer je je beroep niet meer kunt uitoefenen of je bedrijf niet meer kunt runnen. Dat gebeurt bijvoorbeeld als je een handicap hebt, of als je ziek, zwanger of net bevallen bent. Als zelfstandige zul je je hier zelf voor moeten verzekeren.
Update Coalitieakkoord 2021-2025
In het Coalitieakkoord 2021-2025 (Rutte 4) staat:
Er komt een arbeidsongeschiktheidsverzekering voor alle zelfstandigen, die zo wordt vormgegeven dat oneerlijke concurrentie en te grote inkomensrisico’s voor individuen worden voorkomen. Hiermee houden we rekening met de randvoorwaarden uit het pensioenakkoord.
Het wachten is op nadere uitwerking van dit voornemen.
Particuliere arbeidsongeschiktheidsverzekering
Als je een inkomen wilt hebben wanneer je arbeidsongeschikt raakt, zul je een particuliere arbeidsongeschiktheidsverzekering af moeten sluiten. Daarmee zorg je voor vervangend inkomen bij arbeidsongeschiktheid. De premie valt onder privékosten, maar is wel aftrekbaar voor de inkomstenbelasting. De uitkering is meestal gebaseerd op tachtig procent van het inkomen (bij volledige arbeidsongeschiktheid). Welke verzekering voor jou het meest geschikt is, hangt af van je eigen wensen, de premie die je wilt betalen en de eisen die de verzekeraar stelt. In voorwaarden en premiehoogte bestaan grote verschillen per verzekeringsmaatschappij. Ter indicatie: een premie van €1.200 per jaar is ongeveer het minimum. Het is verstandig om de voorwaarden en premies van verschillende maatschappijen te vergelijken voordat je een arbeidsongeschiktheidsverzekering afsluit. De hoogte van de premie wordt bepaald door:
- De uitkeringsdrempel: de mate van arbeidsongeschiktheid waarbij je een uitkering wenst te ontvangen. Het verschil tussen je verdiende inkomen en wat je nog gedurende je arbeidsongeschiktheid zou kunnen verdienen (de resterende verdiencapaciteit), bepaalt de mate van arbeidsongeschiktheid. Standaard is een uitkeringsdrempel van 25 procent. Hoe hoger het percentage, hoe lager de premie.
- De wachttijd: de periode van arbeidsongeschiktheid waarin je nog geen uitkering wilt ontvangen. Hoe langer je 'wacht' - en dus van je eigen geld leeft - hoe lager de premie.
- De looptijd van de uitkering: kies je voor een tijdelijke uitkering, bijvoorbeeld maximaal vijf jaar, of voor een langlopende uitkering tot aan je pensioendatum? Hoe langer de uitkeringstermijn, hoe hoger de premie.
- De hoogte van het verzekerde inkomen: vaak is dit tachtig procent van het inkomen, maar je kunt ook kiezen voor een ander percentage. Kies je bijvoorbeeld voor een lager percentage verzekerd inkomen, dan zal zowel de premie als de uitkering bij arbeidsongeschiktheid lager uitvallen.
- Hoe lang je een uitkering wilt krijgen bij arbeidsongeschiktheid voor je beroep. Na afloop van die periode moet je 'gangbare' of 'passende arbeid' accepteren. Let wel: dit kan inhouden dat je door de keuringsartsen geschikt wordt bevonden voor een exotisch beroep dat je niet wilt uitoefenen en waarin je bovendien geen werk kunt vinden. Je krijgt dan geen uitkering wegens je geschiktheid voor dat beroep, terwijl je in de praktijk werkloos bent en dus geen inkomen hebt.
- Of je wilt dat de uitkering jaarlijks wordt geïndexeerd (verhoogd met inflatiecorrectie).
Tips voor starters:
- veel verzekeraars geven een starterskorting aan ondernemers die korter dan drie jaar als zelfstandige werken.
- Tot vier weken na het beëindigen van een baan in loondienst of het stoppen van je uitkering kun je je via het UWV verzekeren voor arbeidsongeschiktheid en ziekte.
Pas op voor lange looptijd
Let goed op de kleine lettertjes in de voorwaarden: arbeidsongeschiktheidsverzekeringen worden soms aangeboden met een lange looptijd van vijf of zelfs tien jaar. Je kunt de verzekering dan niet tussentijds opzeggen, bijvoorbeeld als je financiële situatie verandert en je een ander inkomensniveau wilt verzekeren. Kies bij voorkeur een verzekering waarvan de eerste termijn niet langer loopt dan één, twee of hooguit drie jaar en die daarna per jaar opzegbaar is.
Pas op voor budgetverzekeringen
Er zijn verschillende budget-AOV's op de markt, die alleen bij bepaalde (soms limitatief benoemde) ernstige langdurige aandoeningen uitkeren. Wees daar erg voorzichtig mee. Er kunnen je allerlei nare dingen gebeuren, waarbij je dan geen uitkering krijgt.
Tips voor een veilige AOV
Als je een veilige arbeidsongeschiktheidsverzekering wilt, waarmee je daadwerkelijk kunt rekenen op een redelijk inkomen bij onvoorspelbare vormen van arbeidsongeschiktheid, kies dan voor:
- Een uitkeringsdrempel niet hoger dan de gebruikelijke 25%.
- Een wachttijd die niet langer is dan je spaargeld toelaat.
- Een looptijd tot je pensioendatum (meestal: je 65e).
- Een verzekerd inkomen waarmee je i.i.g. je vaste lasten en noodzakelijke kosten dekt. Denk aan 80% van wat voor jou een normaal bruto salaris is.
- Verzekering op basis van het criterium beroepsarbeidsongeschiktheid tot je pensioendatum.
- Indexering (inflatiecorrectie) van de uitkering met een jaarlijks percentage van 2% of 3% (of: de werkelijke inflatie).
Een AOV met deze kenmerken is niet goedkoop. Als je premies vergelijkt, dan zul je ook aanzienlijk goedkopere AOV's tegenkomen, maar die wijken dan op één of meer punten af van deze checklist. Vergelijk de voorwaarden kritisch en laat je goed adviseren.
Alternatieve verzekering
Het is mogelijk dat een particuliere verzekeraar een zelfstandig ondernemer weigert, bijvoorbeeld in het geval van een handicap of een chronische ziekte. Wat dan? Een alternatieve verzekering of vangnetverzekering kan uitkomst bieden. Hiervoor heb je geen medische indicatie nodig. Je kunt een alternatieve verzekering binnen drie maanden na je bedrijfsstart aanvragen bij een particuliere verzekeraar. De premie bedraagt tussen de €2.000 en €2.500 per jaar, afhankelijk van het soort werk dat je doet. Op een jaarlijkse uitkering van maximaal €11.500 bruto, maak je alleen aanspraak als je langer dan twee jaar arbeidsongeschikt blijft.
Geen verzekering: wat dan?
Je bent niet verplicht om een arbeidsongeschiktheidsverzekering af te sluiten bij een particuliere verzekeringsmaatschappij. Je kunt ook zelf geld reserveren. In de praktijk blijkt dit niet altijd de beste methode; het is gemakkelijk om je reserves aan te spreken voor andere investeringen.
Geen verzekering en arbeidsongeschikt geraakt? Dan ben je aangewezen op je eigen vermogen, of op het inkomen van je partner. Heb je geen of weinig eigen vermogen, dan kun je een beroep doen op het Besluit bijstandsverlening zelfstandigen (Bbz), via de gemeentelijke Sociale Dienst. De belangrijkste voorwaarde om voor Bbz in aanmerking te komen, is dat je onderneming levensvatbaar is, zodat je na enige tijd zonder hulp van het Bbz verder kunt. Bij het vaststellen van de hoogte van de uitkering speelt naast je eigen vermogen (spaargeld, eigen huis) ook het inkomen van je partner een rol.
Je spaargeld mag niet meer zijn dan €4.975 als je alleenstaand bent, en niet meer dan €9.950 als je een gezin hebt. Ondernemers kunnen maximaal 12 maanden een uitkering krijgen in de vorm van een renteloze lening, eventueel met verlenging van maximaal 24 maanden. In het jaar na de bijstandsverlening, bepaalt de gemeente of je een deel moet terugbetalen. Een alleenstaande ondernemer ontvangt maximaal €567,79 per maand aan bijstand, voor een alleenstaande ouder is dit €794,90 en voor gehuwden of samenwonende partners €1135,57. Kom je niet in aanmerking voor Bbz omdat je bedrijf niet levensvatbaar is? Dan moet je, wil je voor een bijstandsuitkering in aanmerking komen, je bedrijf beëindigen. Alleen als niet-zelfstandige kun je een beroep doen op de ‘normale’ bijstand, de wwb.
(Bron: Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid)
Dilemma
Voor veel zelfstandigen vormt het afsluiten van een arbeidsongeschiktheidsverzekering een dilemma. De kosten zijn natuurlijk hoog. Maar als je niet kunt werken door ziekte betekent dat leven in armoede, als je geen verzekering hebt. Weeg je eigen ideeën eens af tegen de meningen en keuzes van anderen.
Meer informatie?
- Informatie over de mogelijkheden om je vrijwillig te verzekeren bij het UWV.
- Over arbeidsongeschiktheid in Nederland (Wikipedia): hier kun je onder andere meer informatie vinden over het bereken van je verdiencapaciteit.
Auteurs: Irene Koot, René Pijlman