• "Ik sta nooit stil bij wat ik eigenlijk doe. Ik heb voldoende klanten en alles gaat zijn gangetje. Sommige perioden heb ik het te druk."
• "Ik heb niet altijd meer zin in mijn werk. De fut is er een beetje uit."
• "Ik ben eigenlijk altijd aan het werk. Mijn klanten staan nou eenmaal in de rij. Mijn privéleven komt op de tweede plaats, moet ik bekennen."

Als je deze uitspraken herkent, dan is de kans groot dat je in een tredmolen bent geraakt. Je bent niet echt geïnspireerd en gemotiveerd. Dat zou je best wel anders willen, toch?

Iedereen kent wel dat heerlijke gevoel van geconcentreerd zijn, hard werken, de tijd vergeten en een goed gevoel hebben na afloop van de klus. Dat is een gevoel van flow. De toestand van flow kun je niet de hele dag hebben, maar je kunt wel bevorderen dat je die vaker ervaart. En wie vaker flow ervaart, heeft aanzienlijk minder last van stress. 

Lachen tegen stress
Lachen is gezond. Af en toe een flinke lachbui werkt stressverlagend. Net als wanneer je flink sport, komen er bij het lachen stoffen vrij die maken dat je je goed voelt.

Als je gestrest bent, valt er meestal niet zo veel te lachen. Maar lachen kun je leren, bijvoorbeeld bij een lachcursus. Mocht je er niks voor voelen om met nog twintig niet-lachenden in een zaaltje lachoefeningen te doen, dan kun je thuis ook een heel eind komen. De beste oefening is de zogenaamde 'toneellach'. Adem diep in en dan uit met de klank 'ha, ha, ha', net zo lang tot je je allerlaatste lucht uit je longen perst. Adem dan pas weer diep in. Herhaal dit tot je de slappe lach hebt.

Hoe kun je meer flow en energie bereiken?

1. Privé en werk in evenwicht brengen. Wie alleen maar werkt, onder het mom van 'druk, druk, druk' doet zichzelf en anderen tekort. Juist een balans in werk en privé, voldoende sociale contacten, en de mogelijkheid de deur achter je dicht te trekken, zorgt voor de broodnodige rust en afwisseling. Ook kunnen mensen uit je privéleven je wijzen op signalen als blikvernauwing of je juist stimuleren.
2. Regelmatig de balans opmaken. Het is goed om regelmatig je doelen te bepalen van wat je wilt bereiken, wat de inhoud van je werk moet zijn en welke vernieuwingen je graag zou willen doorvoeren. Misschien is het tijd om je te specialiseren of te verbreden. Als je regelmatig de balans opmaakt en eventueel de bakens durft te verzetten, dan blijf je plezier houden in je werk. Bedenk dat als je in loondienst zou zijn, je waarschijnlijk ook met enige regelmaat van functie zou wisselen of zou doorgroeien. Bijscholing kan een goede manier zijn om te investeren in een nieuw doel. Ook kan het nuttig zijn af en toe een nieuw ondernemingsplan te schrijven om je doelen aan te scherpen en je richting te bepalen.
3. Inspiratie opdoen door intervisie en netwerken. Anderen kunnen je een nuttige spiegel voorhouden. Zij zien vaak beter waar jij goed in bent, en waar je krachten liggen. Ze kunnen je helpen je doelen helderder te formuleren of je juist behoeden voor valkuilen. Intervisie kan je de juiste sparringpartners bieden die je bij de les houden of brengen. Vind je intervisie te intensief of te tijdrovend, spreek dan af en toe eens af met iemand uit je netwerk.

Neem een middag vrij en ga naar bos of strand. Neem een print van deze pagina en een blocnote mee. Schrijf een half tot één A4'tje over de bovenstaande punten.

Formuleer naar aanleiding van je bevindingen een aantal concrete SMART-doelen (specifiek, meetbaar, acceptabel, realistisch en tijdgebonden): voor de korte termijn, voor de middellange termijn en voor de lange termijn.

Bespreek je A4'tjes met je partner, een vriend(in), iemand uit je netwerk en/of je intervisiegroep.

Wie zorgt voor inspiratie en motivatie zal aanzienlijk minder stress ervaren.

Advies 11:

Zorg voor energie, flow en inspiratie in je werk. Betrek anderen bij je doen en laten. Zij kunnen je stimuleren en inspireren.

Ondanks alle adviezen en goede voornemens kan het toch misgaan.

Auteur: Ysolde Bentvelsen